Verslag van dinsdag 17 juli 2007



De dag is weer goed begonnen. Na een paar klappen onweer en een flinke bui, is het om 7 uur al weer warm en redelijk zonnig. Het ontbijt was karig. Cornflakes en kleine cakejes. Geen brood of zoiets. We nemen nog maar een banaan van onszelf. We zullen niet meer klagen over het Franse ontbijt (als we dat al deden).

Om half acht brengen we de spullen naar buiten. Er wordt al druk gestapeld in de truck. En om 8 uur kunnen we vertrekken. Het gaat richting Springfield waar we een bezoek aan een Honda motoren winkel gaan brengen om een sleutel te bemachtigen. Na een uurtje sturen worden we gedumpt bij een koffie tentje waar we een half uur krijgen om koffie te drinken. Het worden er in totaal 2 1/2, want de Honda dealer zat niet waar hij zou moeten zitten. Wachten, wachten, wachten. Een plaat met een magneet gekocht van de route 66. Toen de reisleiders terug kwamen met een nieuwe sleutel, werd besloten om gelijk maar te lunchen. Nog een half uur aanplakken. Het heeft inmiddels flink gehoosd. En de bliksem is ingeslagen in een telefoon paal aan de andere kant van de weg. Je zag de vonken eruit springen. Dat gaat nog leuk worden straks.

De regenpakken gaan aan. Er zijn dus altijd nog mensen die denken dat het hier niet regent en die dus niets bij zich hebben. Toch al gauw 5 van de 28. Goed gemiddelde. De Duitse mevrouw gaat met de auto mee.

De weg is glad geworden van de regen. Dus wat voorzichtig gereden. Het blijft een hele tijd regenen. We gaan nog een keer tanken. En dan gaan we naar de langste “voetgangersbrug” ter wereld. Het is de oude brug over de Mississippi rivier die nu alleen nog voor voetgangers is. Een lijk van een ding, maar leuk om te zien. Sommigen wandelen helemaal tot aan de overkant. Later zien we dat ze dan eigenlijk al gelijk in St. Louis staan.

Na toch weer een redelijk lange dag komen we rond half vijf bij het hotel aan. Nog even een biertje bij de auto, kamersleutels uitdelen, koffers zoeken, foldertje van St. Louis van de Arch uitdelen en naar de kamer gaan. Wij gooien de spullen neer en gaan weer naar buiten om te zien of er iemand is die met ons een taxi wil delen om naar downtown St. Louis te gaan. Dat wordt dus het Duitse stel.

We laten ons voor $ 33 bij de Arch voor de deur afzetten. We besluiten om toch naar boven te gaan. Een heel, heel klein liftbolletje brengt ons eerst via een soort tandradbaantje schuin omhoog naar de zuidelijke toren. Dan gaat het als een lift recht omhoog en als laatste nog weer een stukje schuin de andere kant uit (voor je gevoel) omhoog om in de ronde bovenkant van de toren uit te komen. Als je uitstapt, voelt het als in Puzzling World zo schuin als het is. Het loopt niet bepaald natuurlijk. Het schommelt ook af en toe een beetje. Toch maar even uit de piepkleine raampjes gegluurd. Aan de waterzijde gaat dat beter dan aan de landzijde. Raar gevoel, leuk om te zien.

Nadat we weer naar beneden zijn gegaan, gaan we een restaurant zoeken. Overal redelijk lange wachttijden (3 kwartier tot meer dan 1 uur), behalve bij de Spaghetti Factory. Dat wordt het dus. Grote salade voor JM, gehaktballen met uiteraard spaghetti voor PM. Koffie en thee toe.

Daarna weer op zoek naar een taxi. Er stopt er net een voor de deur. Zal wel een snorder zijn. Voor $ 20,00 brengt hij ons sneller thuis dan de heenreis is gegaan. Het worden er toch $ 30,00 en hij is niks sneller. Maar hij praat als een mitrailleur en hij weet echt wat van Europa af. Hij laat ons de wijk Baden zien, waar vroeger veel Duitse immigranten hebben gewoond. Hij is zijn $ 30,00 wel waard. En uiteindelijk worden we tot onze vreugde toch nog bij het juiste hotel afgezet. Mooi toch.

11.15 slapen.
Door naar het volgende verslag
Terug naar het vorige verslag
Terug naar Home Amerikareis